Het is een goed geconserveerd beeld uit mijn kinderjaren. De tijd dat ik bij meester Van Beek in de klas zat. Hij vertelde over de evangelist Filippus, die we kennen als de man die langs de verlaten weg naar Gaza komt te staan om er vervolgens een hoge Ethiopische ambtenaar te ontmoeten.
Ik zag die Filippus daar staan, langs een stoffige zandweg. Op het plaatje van mijn jeugd verschijnt vreemd genoeg geen stoet met in het midden de man die we kennen als de kamerling. De weg is nog leeg. Wat het verhaal zo belangrijk maakt, moet op mijn ‘plaatje’ nog gebeuren.
In een gesprekje deze week kwam deze Filippus ineens opduiken en daarmee ook dat plaatje van ooit. In het gesprek gingen we niet in op wat er na het wachten gebeurde, nee, we hadden het over het moment dat eraan voorafging. Je hebt niet altijd zelf voor het zeggen wat voor plaatje je in je hoofd krijgt.
In Handelingen 8, vers 26 en het begin van 27 staat dit: Een engel van de Heer zei tegen Filippus: ‘Ga tegen de middag naar de verlaten weg van Jeruzalem naar Gaza.’ Filippus deed wat hem gezegd werd en ging naar die weg toe […]
Over engelen wordt in de Bijbel regelmatig uitgeweid. Zij moeten je als boodschapper eerst geruststellen en hun komst gaat gepaard met veel licht en andere wonderbaarlijke fenomenen. Hier niet. De engel lijkt wel gereduceerd tot niet meer dan een influistering, een ingeving. Zo stel ik het me tenminste voor: Filippus krijgt die ingeving. En daaraan geeft hij gehoor: hij ‘deed wat hem gezegd en ging’. Hij had het ook níet kunnen doen, realiseerde ik me. Er was in Jeruzalem immers genoeg te doen voor hem.
Als hij het niet had gedaan, zou daar geen haan naar gekraaid hebben en misschien zou hij er zelf ook nooit meer aan hebben teruggedacht. Van zíjn kant zou de kamerling zonder zijn ontmoeting met Filippus misschien wat vertwijfeld thuisgekomen zijn vanwege die rare boekrol die hij in Jeruzalem had gekocht, maar die hij vervolgens aan de kant gegooid om over te gaan tot de orde van de dag, want voor een hoge ambtenaar valt ook in Ethiopië genoeg te doen. En alweer: niemand zou dan gemerkt hebben dat er een stukje heilsgeschiedenis níet plaatsvond.
Wij zijn Filippus, jij en ik.
40 dagenkalender
Tot nog toe zijn er zeventien aanmeldingen binnengekomen voor een bijdrage aan de digitale 40 dagenkalender, dus dat gaat goed. Als nou ook jouw bijdrage er nog bij komt, dan schieten we helemaal lekker op. Meld je aan via webredactie@tuindorpkerk.nl
BVK
Wat is dat toch? Willen ze iets van me of hebben ze me iets te bieden?