Met Huis in de Wijk eropuit op 23 september 2022.
Na een mooie fietstocht door de polder kwamen we aan bij het kooikershuisje. Daar werden we door Wim Verkerk en Els Sytema verwend met koffie, thee en lekkers. Vervolgens vertelde Gert Kamphof, vrijwillige boswachter bij Natuurmonumenten, ons aan de hand van een oude schoolplaat over het reilen en zeilen van een eendenkooi. Er wordt een meer gegraven met vier zijtakken: de pijpen. De pijp wordt gaandeweg steeds smaller en heeft uiteraard ook een overkapping. Als de eenden in zo’n fuik zwemmen, komen ze er niet meer uit. Hoe lok je nou de eenden in de fuik? Met voer uiteraard, maar er is meer voor nodig. Hier komt het kooikershondje in beeld. Die staat achteraan de fuik met zijn staart te kwispelen. Eenden zijn van nature nieuwsgierig, dus die gaan daar op af. Zo vang je eerst een paar wilde eenden. Die ga je bijvoeren, zodat ze het meer niet zullen verlaten. Zij worden vervolgens ingezet als lokeend voor nieuwe wilde eenden. In samenwerking met het kooikershondje zwemmen de nieuwe eenden dan de pijp, c.q. de fuik in en vervolgens de pijp uit.
De eenden werden vaak meteen de nek omgedraaid en verkocht op de markt. Maar de kooiker hield ook vaak een paar eenden tijdelijk in leven, die eventueel later – dood of levend – verkocht werden. Voordeel van de eend nog even in leven laten was dat vroeger koeling lastig was en levend kon de eend uiteraard langer bewaard blijven. Als kooiker had je een armoedig bestaan, en zo kon hij de inkomsten een beetje spreiden. Het was ook zwaar werk, want de eendenkooi moest goed onderhouden worden. De eendenkooi in Breukelerveen heeft tot ca 1970 dienst gedaan.
Nieuwsgierig? Wil jij ook een rondleiding door de eendenkooi? In de zomerperiode staan elk laatste weekend van de maand vrijwilligers klaar om je rond te leiden.